het spel van wolken en de zon
uitgestrekte luchten en daaronder
zwaluwen en berenklauw
krekels en gefluister in het gras
ik hoor Uw voetstap en
ik voel Uw vingertoppen
U bent, dat weet ik vast
ik zie iets van U in alles om me heen
juist
nu in mij de stilte heerst
mijn lied verstomd, verdwaald is
nu ik U kwijt ben en U mis
richt U mijn ogen op de werken van Uw handen
ik kan alleen maar danken
dat U bent
en dat U met Uw lieve ogen kijkt
dat U niet verlaat
U blijft
Denk aan Uw barmhartigheid, HEERE, en Uw goedertierenheid, want die zijn van eeuwigheid. Psalm 25:6
Denk aan ’t Vaderlijk meêdogen,
HEER, waarop ik biddend pleit.
Milde handen, vriend’lijk ogen,
zijn bij U van eeuwigheid.
Psalm 25:3a berijmd